Inval 1787
De Pruisische inval was een veldtocht in september 1787 gedurende de patriottentijd in de Republiek der Verenigde Nederlanden om de macht te herstellen van Willem V. De inval maakte een einde aan de patriottenbeweging tot deze bij de Inval 1795 van de Fransen, opnieuw een uitweg vond.De directe aanleiding was de aanhouding bij Goejanverwellesluis van prinses Wilhelmina van Pruisen, de vrouw van Willem V, toen zij op 28 juni 1787 op weg was naar Den Haag. Zij had die reis ondernomen om haar man weer terug te krijgen in Den Haag, waarvandaan deze was vertrokken na ontslagen te zijn door de Staten van Holland als kapitein-generaal van hun troepen.
De patriottenbeweging was een politieke stroming in de 18e eeuw die gebaseerd was op de idealen van de Verlichting (het geloof in de redelijkheid van de mens, vooruitgang van de maatschappij door ontwikkeling van zijn verstandelijke vermogens) en op oude grieven tegen de oligarchie van de Drost en de Oranjepartij. Eind 1787 herstelde de stadhouder echter zijn macht met hulp van de Pruisische troepen. De meeste patriotten werden ontslagen uit hun functies. Ondanks een amnestie in januari 1788 en de mogelijkheid opnieuw de eed van trouw aan de stadhouder af te leggen bleef het verzet ondergronds leven, tot het in 1795, bij de inval van de Fransen, opnieuw een uitweg vond.